Ongeacht de specifieke taak van de assistentiehond of de handicap van de gebruiker is één ding zeker: assistentiehonden moeten gefocust zijn op hun partner om hun werk te doen, waardoor hun gebruiker veilig blijft en ongelukken worden voorkomen. Het op enigerlei wijze afleiden van een werkende assistentiehond brengt de veiligheid van de gehandicapte persoon die zij assisteren in gevaar.

Natuurlijk zijn assistentiehonden getraind om dit soort afleidingen te negeren, maar het zijn nog steeds honden. Geen enkele assistentiehond is onfeilbaar en geen enkele training kan een hond volledig ongevoelig maken voor alle mogelijke afleidingen. Alle mensen hebben de verantwoordelijkheid om niet opzettelijk te proberen de aandacht van een assistentiehond weg te houden van zijn werk of baas.

Wat doe je als je een assistentiehondenteam tegenkomt? Je negeert ze volledig, zoals je dat bij alle andere voorbijgangers of winkelend publiek ook doet. Doe net alsof de assistentiehond er niet is. Communiceer met de gebruiker zoals je dat met alle andere personen doet.

Een troost voor ieder die de assistentiehond zielig vindt; de assistentiehond krijgt tijdens zijn werk ook lekkers en knuffels, maar wel van de gebruiker zelf en niet van een passant. Geen enkele assistentiehond is 24/7 aan het werk, maar heeft ook vrije tijd waarin hij/zij  slaapt, mag loslopen, snuffelen, rennen, met andere honden spelen, spelletjes doen enzovoorts. Als de assistentiehond vrij is mag hij/zij door iedereen geknuffeld en geaaid worden als de gebruiker dit goed vindt.

Samenvattend:

  • Niet aaien;
  • Niet tegen de assistentiehond praten;
  • Niet de naam van de assistentiehond roepen;
  • Laat je huishond geen contact maken;
  • Geen oogcontact maken;
  • Geen geluid maken of iets lekkers geven om de aandacht van de hond te trekken;
  • Blijf op gepaste afstand.

De assistentiehond er is om zijn / haar gebruiker veilig te houden.

Je mag assistentiehonden niet afleiden, als een assistentiehond wordt afgeleid door iets dat je doet of zegt en hun baas in gevaar raakt, is het jouw schuld. Immers een assistentiehond blijft een hond, hoe goed getraind hij/zij ook is,

In de afgelopen week, de internationale week van de assistentiehond, hebben we vele reacties gekregen van assistentiehondgebruikers, die nog eens benadrukken hoe belangrijk het is om niet afgeleid of aangesproken te worden, niet alleen nu, maar ook na de COVID-19 periode. Hieronder volgen enkele reacties.

‘Exact! Het kan echt enorm gevaarlijk zijn om een alert hulphond af te leiden. Mijn assistentiehond zorgt ervoor dat ik kan gaan zitten of iets kan nemen vóór ik flauwval of mijn bloedsuiker echt te laag gaat. Als hij een alert mist omdat iemand hem afleid, val ik sowieso of raak ik in een veel ernstiger probleem. Hij is dus vrij letterlijk mijn levenslijn!’

‘Als mensen ervan uitgaan dat je hond een robot is en dan zeggen: ‘dat mag een hulphond toch helemaal niet doen’, of ‘jouw hond moet mijn hond negeren toch’. Dat is een beetje lastig als die andere hond al aan mijn assistentiehond aan het snuffelen is en daardoor de focus op mij kwijt is.’

‘Ik denk dat ik alle soorten afleiding al ondervonden heb, maar de vervelendste vind ik als ze me vragen ‘wat er mis is met mij’, of als ze zonder wat te vragen mijn assistentiehond beginnen te aaien (ook al staat er duidelijk op zijn vest het niet te doen). De ergste in die tweede categorie zijn de mensen die, terwijl ze aan het aaien zijn, zeggen dat ze weten dat het eigenlijk niet mag. Ook is ooit al iemand gewoon zijn hand voor mijn gezicht gaan zwaaien om te testen of ik blind ben.’

Het vreselijkste vind ik dat mensen oneerbiedige vragen: ‘wat is er mis met jou?’, ’waarom heb jij een hulphond?’, ‘je bent toch niet blind?’ of ‘je zit toch niet in een rolstoel?’. ‘Jij hebt toch helemaal geen assistentiehond nodig?’

‘Als ik een zonnebril draag en in de rij bij de kassa sta, mensen mijn hond aaien, dat irriteert me ook, ik ben niet blind maar overgevoelig voor licht en zie dus gewoon dat het gebeurt.’